De aarde kookt.
Ik ben mistig als de wolken
van het heldere water
dat wegzakt in de hete, vreemde grond.
De aarde leeft.
Zij beweegt aan de bovenkant
maar wat is er nog verborgen, diep weg
of juist al zichtbaar?
Ik geef mijn ogen,
zij vult ze.
Ik geef mijn oren,
zij zingt.
Ik hou mijn mond,
zij spreekt.
Ik ben
en zij is oneindig.
De aarde kookt.
Ik ben mistig als de wolken
van het heldere water
dat wegzakt in de hete, vreemde grond.
De aarde leeft.
Zij beweegt aan de bovenkant
maar wat is er nog verborgen, diep weg
of juist al zichtbaar?
Ik geef mijn ogen,
zij vult ze.
Ik geef mijn oren,
zij zingt.
Ik hou mijn mond,
zij spreekt.
Ik ben
en zij is oneindig.